Wat houdt het label in?

Het NIWE Label dient gedragen te worden door het managementteam om zo een draagvlak te creëren op zowel ambtelijk als politiek niveau. Het managementteam stelt een beleid op dat aan de eisen van het NIWE Label voldoet en laat dit goedkeuren door het Schepencollege. Verantwoordelijken worden concreet aangewezen om het systeem te beheren en hierover te rapporteren aan het managementteam, met voldoende ondersteuning van zowel het managementteam als het Schepencollege.

Het is belangrijk om hierbij zowel interne als externe stakeholders van de stad of gemeente te betrekken en hun verwachtingen en behoeften mee te nemen bij het bepalen van het toepassingsgebied van het NIWE Label.

Doelstellingen dienen te worden opgesteld met een plan van aanpak dat rekening houdt met de eisen van het label en de 8 milieuthema's (water, bodem, groene ruimte, afval, energie, geluidshinder, mobiliteit, aankopen). Deze doelstellingen moeten gecommuniceerd worden en meetbaar zijn. Een directielid bewaakt deze doelen gedurende het jaar.

Voor de implementatie en het continu verbeteren van het NIWE Label dienen middelen beschikbaar te worden gesteld waaronder intern en extern personeel, tijd en financiële ondersteuning.

Om Natuurinclusief werken in het volledige beleid door te trekken, is een goede communicatie cruciaal. Hiervoor wordt er een communicatieplan opgemaakt specifiek gericht op alle interne en/of externe stakeholders. De manier van communiceren is vrij te bepalen. 

De communicatie dient:

• minimaal 2 maal per jaar te gebeuren,
• het beleid, het label en de uitgevoerde projecten te behandelen.

Het NIWE Label fysiek zichtbaar maken, kan de algemene bewustwording versterken.

Alle projecten/werken op het openbaar domein dienen op uniforme wijze te worden uitgevoerd.

• Opstart van het project/werk: er wordt een plaatsbeschrijving/nulmeting uitgevoerd om de bestaande landschappelijke kwaliteiten (fauna, flora, bodem, reliëf, waterhuishouding, …) in kaart te brengen. Deze worden meegenomen in de ontwerpfase met als doel de kwaliteit maximaal te bewaken en te verbeteren.
• Evaluatie: Volg het project/werk op en vergelijk evalueer de resultaten van de acties op basis van de initiële plaatsbeschrijving/nulmeting.
• Beheerplan: Stel een beheerplan op met aandacht voor ecologisch beheer op projectniveau.
• Verdeling werkzaamheden: Splits het project/werk op in grijze en groene werken met elk een eigen beheer/verantwoordelijke.
• Kwaliteit: Werk met kwalitatieve producten/materialen/aannemers.
• Beplanting: Houd rekening met: autochtone, standplaatsgeschikte en streekeigen planten die bijdragen aan de biodiversiteit. Besteed aandacht aan klimaatadaptatie en het verbeteren van de biodiversiteit.
• Projectoverzicht: Zorg voor een overzicht van de opgeleverde projecten.

Om te voldoen aan de eisen van het label dient aandacht te worden besteed aan de verbetering van de eigen werking.

Dit doet een stad of gemeente door middel van:

• Bevraging van de stakeholders (interne en externe);
• Een degelijke klachtenbehandeling;
• Leveranciersbeoordeling;
• Een jaarlijkse controle of de eigen werking voldoet aan de eisen van het label, door middel van een interne audit;
• Een jaarlijkse managementbeoordeling met betrekking tot de verschillende actiepunten en doelstellingen, de resultaten van de bevraging van de stakeholders en van de interne en externe audit.

Dit biedt het managementteam de kans zijn werking bij te sturen en te verbeteren.

Om verder te blijven groeien en te verbeteren is het belangrijk om te leren uit goede praktijkvoorbeelden en een samenwerking aan te gaan met andere organisaties (leveranciers/producenten, andere stakeholders of steden en gemeenten). Dit wordt aanzien als een basis tot succes voor kennisontwikkeling en – overdracht.